donderdag 29 oktober 2015

Gedragen

We zijn nu twee en een halve maand in Australië. Voldoende lang om verschillende indrukken te laten bezinken, verschillende emoties te analyseren, en om ons thuis te voelen in een vreemd land.
We kunnen met trots vertellen dat onze blijheid is vernieuwd, dat we ontwaakt zijn uit een droom en merken dat die ook waarheid is. De vorige weken waren een belangrijke stap op onze reis. Dat was de periode dat ten eerste het thuisfront af en toe werd gemist, en dan werd er eens geskypet, gefacebookt of een postkaart gestuurd naar een oma omdat die in het ziekenhuis lag. Aan de andere oma's kan ik vriendelijk verzoeken om vooral niet de nieuwe-heup-truuk toe te passen om ook een kaartje te krijgen.
Tot voor kort was ook de periode dat we moesten zoeken hoe we ons gedragen. We zijn immers aan de andere kant van de wereld, voor een lange tijd. We werken allebei, we kennen eigenlijk alleen onze collega's en enkele vaste campinggasten die ons bijstaand met woord en daad. Nele is ook dikke vriendjes geworden met de dochters van de eigenaars van 'onze' camping. En ja, we wonen nog altijd in een tent, maar we pimpen die met een gazebo, een waterdicht zeil, een trailer, tafeltjes, kaarslicht, mousse matten tegen vuile voeten in de tent... Afin, 't lijkt wel een huishouden.
Omdat ik de afgelopen weken om 5u30 opstond om naar de ene job te vertrekken, en pas na middernacht terug thuiskwam van de tweede job deed Nele tot nu toe het grote deel van het huishouden. Maar vandaag heb ik de ochtendjob opgezegd, enerzijds omdat het soms op slavernij begon te lijken met slecht management en patatiepatataa, maar anderzijds ook een beetje omdat Nele en ik vooral mekaar (nodig) hebben dit jaar. Want we kunnen wel proberen om vrienden te maken of om een nieuwe hobby te vinden, maar met twee op reis is wel iets speciaal. Alleen op reis is gemakkelijk en geweldig. Met twee op reis is soms veel moeilijker, maar het telt ook wel voor twee.
En deze week valt onze frank hoe we ons moeten gedragen, net als een muziekstuk dat ge eindelijk helemaal begrijpt, of een puzzel die af is, of een moestuintje dat ge kunt beginnen oogsten, of een nieuwe keuken waar ge de eerste keer in begint te koken, en er zijn nog vergelijkingen. Wij kijken naar de zonsopgang boven de oceaan of de nevels boven het oerwoud met een verwondering die vertrouwd is. Daardoor beseffen we dat we veel geluk hebben om hier te kunnen zijn, tussen de idiote Australiërs en de fenomenale natuur. Daardoor zijn we soms jaloers op onszelf bij een mooi diner onder palmbomen of wanneer de tropische regen onze propere was een tweede spoeling schenkt. Daardoor weten we dat we verwend zijn met altijd lekker warm weer en een job waarvoor we niet hebben gestudeerd.
En omdat alles zo tweezijdig is, en soms paradoxaal, weten we dat we ons niet moeten gedragen.

Genoeg moeilijke woorden. Nu iets simpel en concreet.
Nu zondag doe ik mee met het Great Barrier Reef Marathon Festival. Het is wel een hoge inschrijvingsprijs om uw benen van onder uw lijf te lopen, maar het is de moeite waard. We hebben het koraalrif met eigen ogen gezien op verschillende plaatsen en in verschillende toestanden. De bescherming van het rif is waanzinnig duur, onder andere omdat er continu onderzoek moet gevoerd worden. Het marathonfestival staat in teken van de bescherming van het rif, en twintig dollar per loper gaat rechtstreeks naar één of andere organisatie. Ik heb ook een donatiepagina gemaakt. Dat is niet voor mij, maar voor een wereldwonder der natuur. Ga gewoon even kijken op de fundraising pagina en klik op 'Donate now'.
Ik hoop dat ik met elke stap van de 21 kilometers strand en regenwoud weet dat er een dollarke van jullie bij zit. De donatiepagina is langer geldig. Als ge wilt wachten tot wanneer ge uw dertiende maand krijgt is dat helemaal ok. Thanks heaps!

vrijdag 16 oktober 2015

Echt waar???

Zoals de meesten onder jullie wel zullen weten, is den Hendrik nogal nen intelligente gast. Tel dat samen met het feit dat hij deze reis in z'n hoofd al zo'n twintig jaar is aan het voorbereiden, en het hoeft ook niet te verbazen dat hij mij elke dag omverblaast met kennis, weetjes en geschiedenis over Australië. Ondanks zijn soms bedenkelijke geheugen lijkt hij ook niet te stoppen met het verzamelen van informatie. Terwijl ik genoegen neem met zelfverzonnen namen voor vogels ("kijk, een koevogel!" "Oeh, die wiebelstaart is een nestje aan het bouwen!" "Amai, hebt ge diene Spikkelaar gezien?" "da's wel een mooi geelborstje zeg!"), zit hij al met een appke op z'n telefoon te zoeken wat de echte naam van het beest is. Als ik met open mond zit te bedenken hoe indrukwekkend die ene zonsondergang wel is, vertelt hij dat het net op dié ene plek is, waar Captain Cook in 1770 voor het eerst aan land ging en zo dus officieel Australië ontdekte. Enfin, jullie snappen het: veel kennis diene Rikkie.
Maar naast onwaarschijnlijk veel kennis heeft hij ook een nogal apart gevoel voor humor, mijn lief. En in combinatie met mijn af en toe toch wel blonde momentjes levert dat hem af en toe wel geslaagde mopkes op. Met dezelfde ernst waarmee hij uitlegt hoe een didgeridoo gemaakt wordt, vertelt hij immers ook dat hij hoopt dat de nieuwe schaar die we net gekocht hebben toch wel zeker rechtshandig is, want "wist ge nog niet dat ze hier links rijden omdat de meerderheid van de Australiërs linkshandig is misschien? Da's een groot raadsel waarom, maar 't is echt waar hoor Nele, echt!". Afhankelijk van hoeveel slaap ik de nacht voordien heb gehad (Kookaburra's, kikkers, een boer die z'n koeien komt zoeken,... er zijn hier veel slaapverstoorders!), duurt het met dat soort verhaaltjes een beetje korter of langer voor ik besef dat hij mij weer iets probeert wijs te maken. Meestal ben ik er redelijk snel achter. Meestal...
Hij weet het niet, maar één verhaal achtervolgt mij al sinds we hier zijn aangekomen. In Brisbane zag ik opmerkelijk veel mensen rondfietsen met kabelbinders op hun helm vastgebonden. Voor de mensen die het woord kabelbinder niet kennen (ja, ik heb dat ook moeten opzoeken) ziet dat er dus zo uit:
De eerste keren dat ik mensen zo voorbij zag sjeezen, dacht ik dat het een grapje was, of een soort van fashion statement waarvan ik niet op de hoogte was. Maar het waren er al snel zoveel dat ik ten rade ging bij mr. Stinders. Hij vertelde dat dat ter bescherming is tegen vogels die fietsers aanvallen en weg zouden blijven als je zo'n antennetjes hebt. "Yeah right!", dacht ik. Hij kan mij veel wijsmaken, maar dat ging wel net een brug te ver! Maar hij bleef zo overtuigd, en echt de helft van de fietsers rijdt hier met zo'n dingen rond, dus na een paar dagen kon ik het niet langer negeren en ging ik via m'n vriend Google op zoek naar het ultieme antwoord. Daar vind ik inderdaad het onwaarschijnlijke verhaal dat Magpies (vogels die een beetje op eksters lijken), mensen aanvallen en die kabelbinders een goede preventiemaatregel zijn. Ze voegen er fijntjes aan toe dat het zelfs nog verstandiger is om ook valse ogen te plakken op de achterkant van je fietshelm, omdat ze zich dan bekeken voelen en wegblijven.
Zelfs dokter Google laat mij dus in de steek, want geef nu toe, dat klinkt toch echt bij z'n haren gesleurd? Los derover als ge 't mij vraagt! Het viel me ook al op dat het voornamelijk Aziaten zien die met die dingen rondrijden, dus het leek mij alsof iemand gewoon een goeie grap probeert uit te halen met een groot deel van de fietsende bevolking. Maar vraag eender welke Australiër wat de reden is van al die kabelbinders, en ze verwijzen allemaal naar die vogels. Het blijft een bizar verhaal.
Ondertussen heb ik hier zelf een suuuupersjieke fiets, waar ik echt heel trots op ben. "Il est trop beau!" zoals de Fransen zeggen. Ook de Canadezen vinden 'm "awesome!", alleen de Australiërs kijken mij aan alsof ik net heb verteld dat ik mij ga verplaatsen op de rug van een koe en vragen "whatsha need a bike for, doll*?" Maar dus: supersjiek! Ik moet er wel mee op een snelweg fietsen, want fietspaden zijn een zeldzaamheid, maar ik heb braaf een helm (is hier trouwens verplicht!) en een fluovestje. Ondertussen rijd ik er sinds een dikke week bijna dagelijks mee rond. Nog geen enkele keer heb ik een vogel aanstalten zien maken om mij aan te vallen. En toch... Bij elke zwart-witte vogel trap ik een trapke sneller. Ge weet maar nooit... En ik blijf me elke rit afvragen of het nu toch verstandiger of net compleet belachelijk zou zijn om kabelbinders op m'n helm te bevestigen.
Wat denken jullie? Feit of fictie? Ik pieker me er suf over, echt waar!

Nele



*het is hier blijkbaar supernormaal dat wildvreemde mensen elkaar aanspreken met koosnaampjes. Doll, darl(in), sweetie, love,...: het is alsof ik een relatie heb met elke verkoopster in de supermarkt, automechanieker of klant in de coffeebar waar ik tegenwoordig werk. In 't begin ergerde ik er mij dood aan, maar het is hier precies de beleefdheidsvorm om iemand aan te spreken. Gek!

dinsdag 6 oktober 2015

Spektakel

Oktober in Australië is zoals april in België. Grillen, grillen en grillen. 
Vleesjes natuurlijk. Emoe is bijzonder lekker vlees, net zoals barramundi, nen dikke vis die in deze streek heel populair is. Waarschijnlijk zijn dit wel dingen die we in België niet zullen eten. Gewoon omdat de overzeese kwaliteit zo anders is. Dat merken we ook zeker met de wijn. Australische wijn in België is gewoontjes tot goed. Hier hebben we er nog geen één gedronken waarvan we dachten dat die gewoontjes was. En van het etiket alleen al wordt je vrolijk. Ze noemen hun wijn 'Monkey Barrel', 'Not your grandma', 'Hã-hã'(dat is een Nieuw-Zeelandse), 'Curly Flat', 'La Boheme Act Four', 'Holy Trinnity', 'Shot in the Dark', 'Morse Code', 'Two Left Feet', enzovoort. 

Afgelopen week hebben we de veilige kustzone voor een paar dagen verlaten. De zekerheid van bevolking, telefoonbereik en schaduw lieten we voor wat het was. 
In dat opzicht was er nochtans bijzonder veel te beleven, je moet alleen een beetje beter zoeken. Bijvoorbeeld de Innot Hot Springs zagen er van ver zo uit: 
Maar als ge uw voeten in dat water steekt is dat zoals dit: 
De rivier, en heel de streek, zit ook vol met mineralen en halfedelstenen. We hebben nog geen opaaltjes gevonden in het wild, maar het kristalmuseum was wel adembenemend. Museum is een deftig woord. Het is in feite een grot, gemaakt uit spuitschuim, en daar liggen onwaarschijnlijk grote en mooie schatten. Dus, wij met een mijnwerkershelm op schattenjacht...

Al dit moois in de Atherton Tablelands, dat was beter dan verwacht. 't Is dan wel vulkanisch gebied (67 uitgedoofde vulkanen in de buurt, niet één die nog wakker is) maar we zijn wel verbaasd van de schoonheid dat zo'n oeroud, quasi verlaten en op afstand misschien zelfs saai aanzicht kan bieden. 
Hier nog enkele foto's van de groene Tables, de Undara Lava tubes (indrukwekkende grotten, de buis die we bezochten lag 30 kilometer van haar vulkaan vandaan), en de piste voor m'n ochtendrun. 
In omgekeerde volgorde: 
  



 





Even terug naar eind september. Om het jaar door te komen moeten we af en toe werken, uiteraard. Onze spaarcenten zijn sneller op dan re-snaren van een gitarist. Dus hebben we een weekendje gewerkt. Nachtwerk, beetje regen, beetje te laag loon. En helaas een beetje typisch voor backpackwerk. Het vervelendste is dat we nu ook moeten hopen dat ze het geld storten, want de bescherming voor werknemers is nul komma nul. Maar het was wel een cool project, vrijdag op zaterdag opbouw, zaterdag op zondag afbraak. 

Nu zijn we al bijna een week in de buurt van Port Douglas, en op zoek naar deftig werk, voor een maand of 1, 2, 3. Sommigen zullen wel weten dat werk zoeken behoorlijk saai is, dan begint men pizza te eten en rare films te zien. Als een job vinden hier deze week niet lukt gaan we't wel ergens anders zoeken. On the road. 
Want Nele en ik houden allebei van een beetje rust en kalmte, maar ho... Spektakel mag er ook zijn.


PS: check onze route, met een beetje moeite zie je de vulkanen bij Mount Surprise...